Door Marc Davidson (Radboud Universiteit Nijmegen)

Afgelopen zaterdag was het Werelddierendag. Een dag van reflectie voor een filosoof. Want waarom wel een speciale dag voor dieren en niet voor planten? Het standaardantwoord is dat dieren in tegenstelling tot planten pijn kunnen lijden, kunnen voelen. Nu is het pas relatief recent dat een substantiële groep mensen dieren is gaan zien als meer dan slechts een gebruiksvoorwerp, als meer dan een ingenieuze machine waarin men zonder wroeging een schroevendraaier zou kunnen steken zoals in een uurwerk.

Dieren als morele entiteiten die respect verdienen. Misschien niet zoveel als mensen, maar in ieder geval meer dan nul. Maar omdat dat slechts een moderne gedachte is, kan een Werelddierendag zeker geen kwaad. Genoeg mensen, ook in Nederland, die nog denken dat je in dieren wél een schroevendraaier kan steken.

Maar waarom zijn pijn en de capaciteit te kunnen voelen zo relevant? De filosoof Robert Nozick heeft een gedachte-experiment ontwikkeld om aan te tonen dat het ons om meer gaat dan dat. Stel je een ervaringsmachine voor. Wanneer je op deze machine wordt aangesloten, vergeet je vervolgens dat je er op bent aangesloten en heb je plezierige ervaringen. Niet per se alleen maar plezierige ervaringen, maar in ieder geval biedt de machine je er meer dan in het echte leven. Je denkt dat je gelukkig bent getrouwd, je denkt dat je posts plaatst die door miljoenen mensen over de wereld worden gelezen, je denkt dat je goed zorgt voor je vrienden. Maar in feite lig je in een afgesloten ruimte voor de rest van je leven aan de machine. Op de werkelijkheid heb je geen enkele invloed meer.

Hoewel het gedachte-experiment van de ervaringsmachine geen logisch bewijs biedt, zouden de meeste mensen bij nader inzien niet willen worden aangesloten. Behalve natuurlijk diegenen voor wie het werkelijke leven ondragelijk is. Want als je om je dierbaren geeft, wil je niet denken dat het goed met ze gaat, maar dat het goed met ze gaat. Maar in de machine kan je daaraan geen enkele bijdrage leveren. Als je de wijsbegeerte belangrijk vindt, wil je niet denken dat je iets spitsvondigs hebt gepubliceerd, maar iets spitsvondigs hebben gepubliceerd. Kortom, je wil in de werkelijkheid leven. Daarom stappen al die mensen in Vanilla Sky, The Matrix en Inception uiteindelijk toch uit hun droom.

Het gedachte-experiment van de ervaringsmachine dient ertoe je te realiseren dat de ervaring van geluk niet het hoogste doel in het leven is, maar enkel een signaal, een bijeffect wanneer dat gebeurt dat je werkelijk van waarde vindt. Vandaar dat wij niet het idee hebben dat wij een vriendin iets goeds zouden doen door haar als verrassing (ook al zal zij dat nooit te weten komen) in haar slaap voor de rest van haar leven aan de ervaringsmachine te koppelen.

Maar is dat voor een hond dan anders? Als wij werkelijk zielsveel van ons huisdier houden, doen wij hem dan goed door hem aan een honden-ervaringsmachine te koppelen? Zodat de hond voor de rest van zijn leven ervaart in het hondenparadijs te vertoeven omringt door zijn kleine puppy’s? Ik denk het niet. De hond zou dan immers geen hondenleven hebben in de goede zin van het woord. In werkelijkheid zouden er helemaal geen puppy’s zijn. Ook voor die hond zijn de ervaringen van pijn en genot alleen maar evolutionair ontwikkelde knipperlichtjes die aangeven of het goed gaat met waar het werkelijk om draait in het hondenleven. Als wij willen dat het goed gaat met ons huisdier, denken we dat niet te bereiken door het aan een machine te koppelen waarna het huisdier enkel nog droomt. Dat is geen leven.

Maar als het ons leven is waar het om draait, ook voor ons huisdier, en niet enkel prettige ervaringen en de afwezigheid van pijn, waarom zou dat dan anders zijn voor een organisme dat dat evolutionaire knipperlichtje toevallig ontbeert? Zoals een plant? Ook met een plant kan het goed of slecht gaan. Elk levend wezen is een autonoom organisme, een doel in zichzelf. We kunnen dat organisme schaden, bijvoorbeeld door het te vergiftigen, of er juist voor zorgen. Een levend wezen kan dood op een wijze waarop iets levenloos, zoals een auto, dat niet kan. En daarin zijn wij gelijk aan deze verre familieleden in de evolutie.

Kortom, als wij denken dat het beste dat een hond kan overkomen geen enkeltje ervaringsmachine is, maar dat het ook voor hem om een werkelijk leven gaat, dan is die grens tussen kunnen ervaren en niet kunnen ervaren, tussen dier en plant, minder wezenlijk dan we in eerste instantie dachten. Dan is het misschien wel eens tijd voor Wereldplantendag.


Meer:

Volg ons op

TwitterInstagramFacebook

Op de hoogte blijven per mail?

Wanneer wil je een e-mail ontvangen?

Steun ons

Doneer Word vriend