Door Maureen Sie (Hoogleraar Tilburg University)

#Metoo: de discussie

Afgelopen maand gaf feministe van het eerste uur Fay Weldon in het Volkrantmagazine haar ongezouten commentaar op de #metoo campagne die de afgelopen weken de wereld overging. Als één van de velen, want er zijn er weinig die er het zwijgen toe doen. Ook aan mijn eigen universiteit ontstond een klein relletje omdat een emeritus hoogleraar het nodig vond een column te wijden aan de #metoo campagne, een sneue column die een boel mensen, waaronder ondergetekende, in het verkeerde keelgat schoot. En ook dat akkefietje is er ongetwijfeld één in een rij van velen. Een hoop mensen heeft er inmiddels de buik vol van, van de #metoo. Zij vrezen dat we afstevenen op een verstikkend klimaat van politieke correctheid en/of komen in de weer tegen ’trial by media.’ Anderen laten weten niet zo gediend te zijn van het slachtofferschap dat uit de #metoo campagne spreekt. Maar er zijn ook mensen die menen dat de #metoo campagne revolutionair is en ik hoop dat deze laatsten gelijk hebben.

Omdat het me treurig stemt dat zoveel mensen elkaar niet lijken te verstaan in deze discussie, wil ik kijken of ik er wat zinnigs aan toe kan voegen vanuit mijn filosofische werk over het belang van morele sentimenten in het morele domein. Dat wil zeggen, over het belang van morele verontwaardiging, het maken van verwijten en het elkaar verantwoordelijk houden voor gedrag. Wat ik met name wil laten zien is (1) hoe de #metoo campagne begrepen kan worden als een poging om trial by media en een klimaat van verstikkende politieke correctheid in de seksuele omgang met elkaar overbodig te maken en (2) dat je vanuit die visie bezien, goed kan bepalen hoe je wel en hoe je niet de dialoog kan zoeken wanneer je de negatieve kanten van de #metoo campagne aan de orde wil stellen.

#MeToo en de filosofie

In de filosofische discussie waar ik me al een tijdje mee bezig houd, wordt veel aandacht gewijd aan de vraag of we wel ooit moreel verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor wat we doen. Die discussie wordt gevoerd naar aanleiding van het idee dat alles in dit ondermaanse ‘uitputtend bepaald is door wat eraan voorafging’ en de vraag of dat idee wel ruimte laat voor de menselijke vrijheid. Een hoop filosofen, zogenaamde compatibilisten, denkt dat dit zo is, maar alleen onder bepaalde voorwaarden (wat die voorwaarden precies zijn is onderwerp van veel discussie). Een aantal andere filosofen richt zich meer op de sociale functie van het elkaar moreel verantwoordelijk houden. Zij beargumenteren dat dit onder meer waardevol is vanwege de communicatieve en coördinerende functie ervan in onze alledaagse praktijken, dat het ons helpt aan de normen en waarden van onze samenleving te voldoen. Doordat we zeer gevoelig zijn voor morele afkeuring en goedkeuring, functioneren morele sentimenten, zoals verontwaardiging, als voortdurende aanmoediging ons goed te gedragen en helpen ze ons de vermogens te ontwikkelen die daarvoor nodig zijn. Jongeren (emotioneel) aanspreken op, bijvoorbeeld, hun gebrek aan aandacht voor anderen, negatief reageren op grensoverschrijdend gedrag, draagt er niet alleen toe bij dat ze begrijpen wat van hen verwacht wordt maar dat ze ook leren eraan te voldoen. Bovendien maakt het elkaar voortdurend moreel de maat nemen dat we niet alles uitputtend in regels, reglementen, en wetten hoeven vast te leggen. We hoeven alleen grofweg vast te leggen hoe we ongeveer met elkaar dienen om te gaan en laten de afstemming van wat dat precies betekent over aan de morele praktijk. Stelen mag niet, maar of iets ongevraagd lenen van een goede buur of familielid onder stelen valt, is iets wat we overlaten aan het informele, (sub)culturele, domein. Als we er niet van gediend zijn dat onze buurman onze bezem af en toe uit de schuur haalt dan kijken we hem fronsend aan, zeggen er iets van of praten niet meer met hem wanneer hij onze voorgaande communicatie hierover besluit te negeren. We kunnen zeggen dat dit ook geldt, god zij dank, voor het domein van de seksuele vrijpostigheden. Wat gepast is of niet, hangt af van wat wij daarvan met ons allen maken, en in onze cultuur is dat afhankelijk van leeftijd, plaats, situatie en (sub)cultuur.
Om duidelijk te zijn: het idee van deze filosofen, waaronder ik mijzelf schaar, is niet om wetten en regels af te schaffen, alleen om erop te wijzen dat we een hoop met elkaar afstemmen in het informele morele domein. Zij zijn het er dus helemaal mee eens dat het goed is dat bepaalde zaken bij wet geregeld zijn, bijvoorbeeld dat verkrachting en aanranding verboden zijn, gelukkig sinds 1992 ook binnen het huwelijk.

#Metoo, niet twitteren maar van je afbijten!

Terug naar Fay Weldon. In het Volkskrant magazine van drie weken geleden zegt ze dat wanneer mensen ongepast bevoeld worden, ze de dader in kwestie ‘gewoon’ een klap in het gezicht moeten verkopen. Weldon heeft niet veel op met het publiekelijk aan de schandpaal nagelen van daders van ongewenst gedrag. Haar advies lijkt me zinnig. Ik zou daar graag aan toe willen voegen dat wanneer iemand ongepast met je flirt, je hem of haar dat ongezouten mag laten weten en dat je volledig in je recht staat om beledigd, geïrriteerd of boos te zijn, en dat te uiten, wanneer zij of hij ongepast seksueel getinte of geladen opmerkingen maakt. Als de tegenwoordigheid van geest je op het moment zelf in de steek laat lijkt het me eveneens gepast dat alsnog te doen wanneer er enkele dagen, maanden of misschien zelfs wel jaren verstreken zijn. Gewoon alsnog een gelegenheid zoeken om duidelijk te maken dat je je onbehoorlijk behandeld voelt en dat je daar (nog steeds) kwaad over bent. Zoals een vriend (m/v) me onlangs vertelde: de beste manier om dat te doen is niet een discussie starten (wat vond je er zelf eigenlijk van?) maar het eenrichtingverkeer maken (ik vond dat verkeerd/beledigend/genant/schandalig). Om grenzen duidelijk te maken moet je ze trekken. Je hoeft niet alles in regels te vatten, niet alles bij wet te regelen, maar in de omgang duidelijk zijn over wat wel en niet kan.

Ik vermoed, en hoop, dat een deel van de onvrede over en kritiek op de #metoo campagne geboren wordt uit dat inzicht. Slachtoffers van ongewenste intimiteiten moeten niet twitteren maar van zich afbijten! En mensen die het slachtoffer worden van aanranding en verkrachting, die moeten natuurlijk gewoon aangifte doen. Geen trial by media, maar strafvervolging is het gepaste antwoord op crimineel gedrag. Dat sluit mooi aan bij de visie over het belang van morele sentimenten in onze dagelijkse praktijk. Wanneer je slachtoffer bent van ongewenst gedrag dan moet je dat communiceren en aanpakken in de privésfeer, of aangifte doen wanneer het crimineel gedrag betreft.

Maar wat als de #metoo campagne nu eens nodig is om precies die boodschap in de praktijk te kunnen brengen? Wat nu als de #metoo twitteraars het beste gezien kunnen worden als mensen die de, spreekwoordelijke, barricades opgaan om een klimaat te scheppen waarin aangifte doen in het geval van crimineel gedrag en grenzen trekken in het informele domein de gewoonste zaak van de wereld wordt? Dat geeft een ander zicht op waar mensen mee bezig zijn, wellicht onbewust en onbedoeld, wanneer zij aan #metoo bijdragen.

#Metoo: revolutionair?

Het zou mij niet verbazen als de hele reeks aan seksschandalen waarvan we de laatste jaren getuige waren, mede een rol hebben gespeeld in tot stand komen van de #metoo beweging. Rijke machtige mannen die zich vergrijpen aan kamermeisjes, beroemde mensen uit de film- en televisie wereld; velen ervan kwamen weg met verkrachting en aanranding, misbruik van minderjarigen, kinderen, en als ik me niet vergis, veel te vaak zonder celstraf. Wat de #metoo campagne toont is dat er nog veel meer slachtoffers zijn van seksueel geweld en machtsmisbruik dan wij dachten, maar ook dat deze slachtoffers zich onvoldoende gesterkt voelen om aangifte te doen wanneer dat gepast was geweest. Wat de #metoo campagne eveneens toont is dat dat grensoverschrijdende gedrag zich niet beperkt tot wat bij wet geregeld is. Ook in het informele domein blijken heel veel mensen lak te hebben aan het idee van ‘wederzijdse instemming’ en blijken evenzoveel mensen niet in staat om hun grenzen te trekken en te reageren op wat ze als ongepast ervaren.
Het is om deze reden dat de #metoo campagne revolutionair genoemd zou kunnen worden. Er is een collectief opgestaan van slachtoffers, maar niet omdat zij zichzelf zo graag als slachtoffer zien, niet omdat ze aandacht willen voor hun individuele ervaring, maar omdat ze de krachten willen bundelen; luid en duidelijk willen laten horen waar de grenzen liggen en dat die grenzen stelselmatig overschreden worden. Door aan #metoo bij te dragen proberen ze de controle terug te nemen en uit de passieve slachtoffer rol te stappen. Niet (alleen) ik maar wij zijn de slachtoffers, niet (alleen) hij of zij maar zij zijn de daders, niet (alleen) mijn grenzen zijn overschreden maar de grenzen. Collectief wordt een beeld neergezet waarin velen zich misdragen in verschillende schakeringen van ernst: ongepaste opmerkingen, bizar gesis en in de billen-knijperij, het in bed praten van mensen die op allerlei manieren van je afhankelijk zijn, tot aan aanranding en verkrachting toe. Dat gedrag kan je niet allemaal over één kam scheren, maar één van de goede kanten van een ongenuanceerd beeld neerzetten en er massaal verontwaardigd over zijn, is dat het grenzen helder stelt en onder woorden brengt wat wel en wat echt niet door de beugel kan, hoe genuanceerd dat in het echte leven ook ligt. En dat is nodig omdat het mensen kan helpen in het dagelijkse praktijk hun eigen grenzen te kunnen trekken, om niet langer te bevriezen of stil te vallen wanneer zij het slachtoffer worden van ongepast seksueel getint gedrag en machtsmisbruik, en dat het ze kan sterken aangifte te doen, wanneer dat nodig is.

#Metoo, daders en slachtoffers

Natuurlijk is het zo dat bij criminele daden of overtredingen van institutionele regels formele klachten en aangiften meer op zijn plaats zijn dan tweets – maar getuige de enorme onduidelijkheid over de grenzen in het informele domein, is het heel voorstelbaar dat slachtoffers van seksueel geweld en misdragingen geen zin hebben in alle ellende die dat soort aangiftes en formele klachten met zich mee zou kunnen brengen en er liever voor kiezen bij te dragen aan de beweging die momenteel bezig is. Dat maakt, lijkt me, dat we alle reden hebben zeer dankbaar te zijn wanneer slachtoffers er toch in slagen om die formele weg in te slaan en het hen verplicht zijn al het mogelijke te doen om de extra schade die dat met zich meebrengt te minimaliseren.

Dat wil natuurlijk niet zeggen dat het grensoverschrijdend gedrag dat door de #metoo campagne aan het daglicht komt, gelijkgesteld moet worden aan crimineel gedrag, of dat we het met allerlei wetten en regeltjes te lijf moeten gaan. Met andere woorden, ook de mensen die verontwaardigd reageren op de #metoo campagne en die waarschuwen tegen een verstikkend klimaat, hebben een punt. Je kan niet al het seksueel onbetamelijk gedrag op één hoop gooien. Eigenrichting en het scheppen van een slachtoffer cultuur zijn bijzonder nare kanten van massale campagnes als deze. En ongetwijfeld heeft niet iedereen die in deze campagne aan schandpaal wordt genageld, dat verdiend. Onder de beschuldigden bevinden zich vast mensen die zich open en vrij begeven hebben in het altijd schimmige spel van aantrekken en afstoten, interesse wekken, spanning opzoeken; mensen die op zoek waren naar wederzijdse instemming en niet door hebben gehad dat die er niet was.

Ik vermoed dat er zelfs mensen zijn die zich onvoldoende gerealiseerd hebben dat zij zich in een machtpositie bevonden. Ook die mensen zijn slachtoffer van het klimaat dat de #metoo campagne hopelijk zal veranderen. Ook zij hebben er baat bij dat iedereen zich vrij en open voelt aan te geven wanneer haar of zijn grenzen overschreden worden, dat iedereen op elk moment en onder alle condities het gevoel heeft dat ‘nee’ en ‘stop’ zeggen ok én voldoende is. In dat opzicht zijn we allemaal slachtoffer van de machtswellustelingen die zich van den domme houden om er misbruik van te maken of de ballen niet hebben ze te riskeren voor een blauwtje (m/v). En zelfs die machtswellustelingen, zo kunnen we ons afvragen, zouden die hun machtswellust ook op een soortgelijke manier ontwikkeld hebben wanneer er voldoende mensen om hen heen waren die hen regelmatig op hun gedrag zouden hebben aangesproken?

#MeToo en de reacties

Wat betekent een en ander nu voor hoe we op #metoo moeten reageren? Moeten we er met zijn allen het zwijgen toe doen en alle nare kantjes van de #metoo campagne voor lief nemen? Liever niet. Als er één ding nodig lijkt dan is het dat we de dialoog aangaan over hoe we het klimaat kunnen verbeteren, over wat je niet en wel kunnen zeggen, over wat wel en niet gepast is. Maar als de collectieve morele verontwaardiging op haar hoogtepunt is, lijkt het me verstandig altijd allereerst duidelijk te maken waar je staat met betrekking tot de getrokken grenzen, voordat je daar je eigen bedenkingen of commentaar aan toevoegt. Het verstandigste is om ervoor te zorgen dat er geen enkel misverstand kan ontstaan over wat de grenzen zijn en wie we daarop moeten aanspreken.

Één van de grenzen die voor mij in de hele discussie duidelijk naar voren is gekomen is dat wanneer iemand niet op je avances reageert dat kan zijn omdat hij of zij er simpelweg niet van gediend is, ongeacht hoe sexy hij of zij gekleed gaat en hoe uitnodigend zijn of haar lichaamstaal is. Helaas, zo maakt de #metoo campagne glashelder, zijn er nog te veel machtwellustelingen en zijn er nog te veel mensen die weinig op hebben met het hele idee van ‘wederzijdse instemming’. Hierdoor bevinden zich onder ons dus nog een hoop bange en beschadigde mensen. Mensen die slachtoffer geworden zijn van seksueel geweld of verward over wat wel en niet toegestaan en gepast is. Het zijn die mensen die terug in hun kracht moeten komen voordat de seksuele mores zich weer enigszins kan normaliseren, ten goede kan keren. En pas als dat gebeurd is, kan er weer wat vrijheid en luchtigheid ontstaan, in een van de belangrijkste domeinen van het menselijk verkeer.


Meer:

Volg ons op

TwitterInstagramFacebook

Op de hoogte blijven per mail?

Wanneer wil je een e-mail ontvangen?

Steun ons

Doneer Word vriend

12 Comments

  1. Beste Maureen, dank voor je stuk. Je schrijft:
    “Wat ik met name wil laten zien is (1) hoe de #metoo campagne begrepen kan worden als een poging om trial by media en een klimaat van verstikkende politieke correctheid in de seksuele omgang met elkaar overbodig te maken en (2) dat je vanuit die visie bezien, goed kan bepalen hoe je wel en hoe je niet de dialoog kan zoeken wanneer je de negatieve kanten van de #metoo campagne aan de orde wil stellen.”
    Het is mij toch nog niet helemaal duidelijk hoe #metoo begrepen kan worden. Trial by media is al een feit, ik vraag me af wat daar precies goed aan zou kunnen zijn voor slachtoffers en daders. Bepalen hoe je dialoog moet zoeken is niet wat er nu gebeurt bij mensen die kiezen voor een beschuldigende monoloog op sociale media. Ik duid #metoo als een fenomeen van onze tijdgeest. Het welbegrepen eigenbelang van “me” versus de behoefte om ergens minimaal virtueel bij te horen “too”. En heel misschien kunnen we dit fenomeen zien als een sociale revolutie. Maar dan wel een revolutie zonder veel weerstand of tegenwerking. De publieke schandpaal is tot ver in de toekomst bezet.
    Verstikkende politieke correctheid is er nu al. Hoe bepaal je nu of #metoo zin heeft of zal hebben. Wat zijn de criteria waarop je bepaalt dat deze maatschappelijke uitingen zin hebben en voor wie?

    1. Beste Patrick, Dank voor je reactie. Ik denk niet dat de gedachte dat #metoo een fenomeen van de tijdgeest is, strijdig is met wat ik betoog. Het kan goed zijn dat de persoonlijke redenen van mensen om zich in de #metoo te scharen andere zijn dan bij te dragen aan een sociale revolutie, maar dat wil niet zeggen dat het effect niet “revolutionair” kan zijn in de zin van dat het tot ons doordringt hoe slecht het nog met de mores rondom de seksuele omgang gesteld is, dat er nog zovelen zijn die geen aangifte durven doen wanneer ze slachtoffer zijn geworden van een misdaad en dat zovelen zich niet durven uitspreken of durven te reageren wanneer ze op een manier benaderd worden die ze absoluut niet zint. Anders dan jij, zie ik veel weerstand, veel mensen die zich uitspreken tegen de campagne en die de motieven en oorzaken van bekentenissen op sociale media duiden als ‘aanstellerij’ of de vrouwen die eraan deelnemen vertellen dat ze hun gedrag moeten aanpassen. Dat laatste stond bijvoorbeeld in een column van de Univers, geschreven door een emiritus hoogleraar gelieerd aan mijn eigen universiteit. Wat ik hoopte duidelijk te maken is dat je je zeker kritisch kan en moet uitlaten over bijvoorbeeld ’trial by media’ en ook dat we reden hebben ons te verzetten tegen een verstikkend klimaat van politieke correctheid — maar dat je dat het meest effectief kan doen door allereerst duidelijk te maken waar je staat met betrekking tot de grenzen die de #metoo campagne m.i. probeert te trekken: handen thuis als de ander niet aangeeft ervan gediend te zijn (even heel simplistisch gesteld). ‘Meest effectief’ in de zin dat je op die manier voorkomt dat de goede aspecten van de campagne (dat het duidelijk maakt hoe wijdverbreid het verschijnsel van seksuele intimidatie, ongewenste vrijpostigheden en machts-misbruik) teloor gaan, en we er niet in zullen slagen de seksuele mores ten goede te keren.
      Wat je laatste vragen betreft, wie het weet mag het zeggen. Het enige wat je kan doen is proberen het gesprek open te houden. Helaas monden erg veel discussies over belangrijke onderwerpen uit in een straatgevecht waarin partijen lijnrecht tegenover elkaar komen te staan. Dit gebeurt bijvoorbeeld nu ook weer met de ‘zwarte pieten’-discussie. Eeuwig zonde, lijkt mij en een gemiste kans om het te hebben over belangrijke zaken.

      1. Dank Maureen, ik ga een poging doen om het gesprek open te houden.
        Je schrijft “(…) dat het tot ons doordringt hoe slecht het nog met de mores rondom de seksuele omgang gesteld is, (…)”. Gaat dat volgens jou blijken uit #metoo of is dat nu al zo? Wat is dan de referentie of maat om te bepalen wanneer mores goed of slecht zijn? Je lijkt er zelf vanuit te gaan dat je die mores ten goede kunt keren. Maar wanneer is dat zo? Het is bij uitstek het schemergebied in particuliere biologische relaties waar die mores blijkbaar ontbreken. Hoe kun je #metoo voor blijven?
        Verder vraag ik me af wat je zou willen doen met de reactie en/of mening van de emeritis hoogleraar gelieerd aan jouw universiteit.

  2. Maureen, dit is een prima ‘overzicht’ van hoe de discussie in elkaar zit en hoort te zitten! Er zijn twee dingen die ik toch nog wel even aan de orde wil stellen, of wil vragen. Het eerste gaat over straffen; je hebt het over strafvervolging en celstraf. Dat is natuurlijk altijd al een heikel punt, zeker nu een aantal politieke stromingen (ook hier in Nederland) menen dat streng straffen de kortste weg naar gerechtigheid is. Ik heb wel begrepen dat vrije wil en eigen verantwoordelijkheid duistere begrippen zijn, begrippen die veel mensen niet los durven te laten omdat ze de gevolgen ernstig achten. Ik ben een incompatibilist; daarnaast denk ik natuurlijk niet dat straffen niet nodig is. Je kent waarschijnlijk wel wat bijv. Joshua Greene daarover heeft geschreven, en Verplaetse. Maar gezien de juridische praktijk van dit moment en wellicht die van alle tijden, waarin rechters en officieren van justitie maar wat ‘aanfantaseren’ over de manier waarop ‘misdadigers’ denken en tot hun daden komen, heb ik vaak weer het gevoel ‘wat gebeurt hier nu weer’. Kun je daarover nog iets kwijt met betrekking tot dit gevoelige onderwerp, waarin misdaad en wellicht vergeefbaar wangedrag zo moeilijk te scheiden zijn?
    Verder een puntje van kritiek. Zou het niet beter zijn termen met een sterke emotionele lading te vermijden, als het even kan? Toen ik nog les gaf, ik ben bioloog, ben ik een aantal malen boos geworden als leerlingen door docenten als ‘lui’ werden getypeerd. Door de negatieve ondertoon van dit begrip wordt je op een spoor gezet dat zeker niet in het belang is van de leerling – wat is er aan de hand waardoor de leerling niet zo hard werkt als wij zouden willen. Zo geldt dat voor mij ook wel wat voor het woord ‘machtswellusteling’. Dan gaat de nuance die je artikel kenmerkt verloren.
    Nogmaals bedankt voor deze bijdrage aan de discussie, Hans van den Berg

  3. Dank voor je reactie Hans! Mooi dat je naar aanleiding van mijn stuk komt op een vraag over straffen, celstraf en incompatibilisme. Daar heb ik niets over gezegd in mijn blog, maar wel over geschreven in relatie tot de morele sentimenten (in het Nederlands voor een wat groter dan academisch publiek bijvoorbeeld in: Wouters A, Sie, M. “Gedraag je! Over auto’s Bewuste aansturing en morele verantwoordelijkheid,” in Filosofie, 21 (3), 2011, 21-7). Niet dat ik daar (of op andere plekken) ook maar enigszins in de buurt kom van een antwoord op de goede vraag hoe ‘misdaad’ en ‘wellicht vergeefbaar wangedrag’ te scheiden zijn. In mijn dissertatie (van al weer erg lang geleden), geef ik als handreiking richting antwoord op de vraag waar elkaar moreel verantwoordelijk voor te houden in het informele morele domein (gaat dus niet over rechtvaardiging van cel & andere straffen, dat is volgens mij een iets ander onderwerp dan wanneer elkaar moreel verantwoordelijk te houden in het informele domein): “voor alle handelingen die opgevat kunnen worden als uitdrukking van een normatieve onenigheid.” Dat wil zeggen, wanneer je denkt dat wat iemand doet het gevolg is van normen en waarden waar je het grondig mee oneens bent en je geen specifieke reden hebt te twijfelen aan de (morele/geestelijke) vermogens van de dader/actor, is dat een rechtvaardiging voor je negatieve morele respons op die persoon (in Sie 2005, Justifying Blame. Why Free Will Matters and Why it Does Not, Rodopi, vind je dat antwoord uitgewerkt, maar dat is wel een heel boek, vrees ik). Excuses voor de zelf-promotie.
    Wat je opmerking betreft, heb je een alternatief voor ‘machtswellusteling’ dat net zo goed aangeeft wat er (vaak) aan de hand is, zonder dat het mensen wegzet met de emotionele lading van dat begrip?

    1. Dank dat je tijd neemt om mijn reactie te beantwoorden. Onderstaande dilemma’s zullen je bekend voorkomen – ik schrijf toch maar.
      Ik worstel met dit soort problemen over straf en vergelding. Ik roep soms boosheid over mij af. In mijn studententijd (jaren ‘70) werd mij verweten dat ik te toegevend (aanhanger van een – strafrechtelijke – permissive society) zou zijn, omdat ik me afvroeg of mensen die dit of dat gedaan hadden, niet te streng werden gestraft en of het allemaal wel zou helpen. Uit eigen ervaring weet ik dat zelfs datgene wat je zelf wilt vaak niet bereikbaar is. Dus hoe zit dat met mensen die niet goed in elkaar zitten?
      Ik ben het met je eens wat betreft informele morele verantwoordelijkheid (volksethiek), maar ook hier zitten verschillende adders onder het gras, bijvoorbeeld als een ‘Gewone Nederlander’ meent dat iets afgekeurd moet worden wat een gewone Japanner, of Marokkaan, om het wat scherper te maken, wel correct vindt. Je inleven in de ander lijkt een noodzakelijk begin.
      In verband met een iets andere kwestie schreef ik laatst een ‘comment’ voor de NYT waarin ik Spinoza aanhaal, als hij stelt dat hij niet boos wil worden, en niet wil straffen, maar alleen wil begrijpen. Met name het eerste kost mij dramatisch veel moeite, overigens. Ik ontsteek makkelijk in zo’n ‘negatieve morele respons’ wanneer iemand naar mijn zin te hard rijdt, of een vvd-er weer wat nare onzin vertelt. Ach ja, ken u zelve…
      Ik hoop niet dat ik teveel schrijf, maar ik vroeg me af of je Abigail Marsh kent. Zij zegt dat het onderscheid tussen mensen die zichzelf wat naars aandoen (psychiatrische patiënten) en mensen die anderen wat naars aandoen (misdadigers, vaak ook mensen met een psychiatrische aandoening) moet verdwijnen. In de praktijk zal dat lastig zijn, niet haalbaar zelfs, maar het onbegrip over de (psychische) oorzaak van misdadig gedrag in juridische kringen vind ik stuitend. Over Merckelbach zal ik het hier niet hebben …
      Ik heb een aantal jaren geleden een hoofdstuk van een boek van je gelezen, een hoofdstuk dat bij ‘Academia’ ter beoordeling stond, geloof ik, en ik heb daar een reactie geschreven. Ik ga graag kijken naar je boek! Eerst moet ik nog het laatste boek van André Aleman (Je brein de baas) uitlezen, hij heeft mij gevraagd – kort, kort! – te laten zien dat uiteindelijk alles in ons onbewuste wordt beslist. Zijn boek en zijn inzichten hebben natuurlijk ook met dit onderwerp ‘me-too’ te maken; kan je er zelf voor zorgen dat je geen verkeerde dingen doet, en in welk opzicht ben je verantwoordelijk als je dat niet doet?! Verder zie ik nu dat ik bij Academia mezelf al met jou verbonden had. En met Pereboom en Caruso. Ik ga daar ook verder lezen. Raakpunten te over.
      Machtswellusteling? Tja. ‘Potentaat’ misschien?, geeft mijn thesaurus. Of despoot? Bullebak? Ik denk dat ik voor potentaat zou kiezen, dat klinkt iets neutraler en dan verdwijnt de seksuele inhoud die toch al duidelijk is.

      1. Ik heb wat vragen. Heeft je opmerking over “de jure” betrekking op mijn opmerking dat sociaal-darwinisten zullen menen dat dit gedrag wel wenselijk is? Zo ja, ze zullen misschien ontkennen dat ze dat gedrag acceptabel vinden, maar duidelijk is dat lieden als Trump (en zoveel anderen) het wel best vinden. Hun frontale cortex bevat wat dat betreft nauwelijks beperkende richtlijnen. De enige richtlijn lijkt ‘als ik er maar geen last van heb’. Als anderen het veroordelen sluipen ze lafhartig weg, bang voor hun eigen hachie.
        Is het misschien… Daar noem je nogal wat. Ik denk dat al die dingen wel invloed hebben, maar hoeveel en op welke manier? Ik denk dat het met name te maken heeft met de ongelijkheid in de samenleving, op allerlei vlakken. Die is nogal groot, op dit moment in de geschiedenis. En de huidige cultuur heeft ook als effect dat mensen niet zo gauw tevreden zijn, dus zal een jongeman of jongevrouw wellicht sneller zwichten als er een vorstelijke beloning tegenover het toegeven aan de verlangens van de potentaat staat. Het is van alle tijden, maar nu we alles horen en zien, komt het meer binnen het blikveld van de menigte.
        Is de open bespreking niet al begonnen?

      2. Ik heb wat vragen, Patrick. Heeft je opmerking over “de jure” betrekking op mijn opmerking dat sociaal-darwinisten zullen menen dat dit gedrag wel wenselijk is? Zo ja, ze zullen misschien ontkennen dat ze dat gedrag acceptabel vinden, maar duidelijk is dat lieden als Trump (en zoveel anderen) het wel best vinden. Hun frontale cortex bevat wat dat betreft nauwelijks beperkende richtlijnen. De enige richtlijn lijkt ‘als ik er maar geen last van heb’. Als anderen het veroordelen sluipen ze lafhartig weg, bang voor hun eigen hachie.
        Is het misschien… Daar noem je nogal wat. Ik denk dat al die dingen wel invloed hebben, maar hoeveel en op welke manier? Ik denk dat het met name te maken heeft met de ongelijkheid in de samenleving, op allerlei vlakken. Die is nogal groot, op dit moment in de geschiedenis. En de huidige cultuur heeft ook als effect dat mensen niet zo gauw tevreden zijn, dus zal een jongeman of jongevrouw wellicht sneller zwichten als er een vorstelijke beloning tegenover het toegeven aan de verlangens van de potentaat staat. Het is van alle tijden, maar nu we alles horen en zien, komt het meer binnen het blikveld van de menigte.
        Is de open bespreking niet al begonnen?

  4. @Patrick Ubachs
    De biologische relaties, dat is in deze discussie natuurlijk een heikel punt. Een niet al te opgewonden man (pun intended) zal begrijpen of proberen te begrijpen dat dit gedrag bij bepaalde mannen hoort, en dat het dus (?) niet makkelijk is het streng te veroordelen. Een sociaal-darwinist zal zelfs menen dat het nodig is om tot een ‘krachtiger’ samenleving te komen. Misschien is die krachtiger samenleving er al, of al lang, en is deze beweging van #metoo de noodzakelijke reactie. Thuis en in vriendenkring heb ik soms ook wel iets van ‘wordt dit niet wat overdreven’? Maar bij #zwartepiet heb ik dat niet meer, zeker nadat mijn schoondochter uit Brazilie verbijsterd bleek over dit fenomeen, toen enkele jaren geleden het eerste Hollandse Sinterklaasfeest werd gevierd.
    Verder denk ik even aan ‘Homo Sapiens’ van Harari. Wanneer is dit nare mannelijke gedrag begonnen? Zit dit met name in de genen en hangt het voornamelijk af van de hoeveelheid testosteron van mannen – waarbij natuurlijk ook duidelijk is dat dat stofje ook voor andere nare eigenschappen van mannen zorgt. Of is het begonnen nadat de samenleving veranderde door de agrarische revolutie. Heeft die revolutie voor evolutie van dit ‘mannelijk’ gedrag gezorgd zodat dat vaker voor is gaan komen?
    Een ding is duidelijk, we zullen ons best moeten doen mannen duidelijk te maken dat zulk gedrag absoluut niet acceptabel is – zegt deze man.

    1. @jhvdberg Biologisch gezien is heel veel acceptabel als ik de gemiddelde paringsrituelen en andere natuurlijke fenomenen bezie. Zelfs doden uit welbegrepen eigenbelang behoort tot de mores van de natuur.
      Dat dit gedrag biologisch verklaarbaar is, staat niet ter discussie. Dat het als “naar” ervaren wordt in een menselijke context is het punt. Overigens heb ik dus niet het idee dat in ons sociaal contract of elders staat dat dit “de jure” gewenst gedrag is. Maar ik heb eerder al van Foucault geleerd dat (bio)macht alomtegenwoordig is. Macht als veelheid is van toepassing op #metoo. Macht is niet alleen onderdrukking en verbod, maar is een aansporing tot spreken. Macht blijkt inderdaad geen eenrichtingsverkeer. De #metoo campagne heeft buiten de rechters om tot maatschappelijke veroordelingen en straffen geleid.
      Wellicht is het interessant hoe het zo gekomen is. Misschien Is het ontkenning van de biologische kant? Een teveel aan testosteron bij daders kan ook duiden op een te weinig aan testosteron bij slachtoffers. Is het misschien een gebrek aan normbesef? Wegvallen van religieuze kaders? Te humanistisch? Te weinig repressief? Of zijn we inmiddels zo geciviliseerd dat afwijkingen van de maatschappelijke norm zwaarder zijn gaan wegen en kwam dit gedrag in het verleden veel vaker voor? Het doet me ook denken aan de mogelijke verklaring van morele normverzaking bij (VVD) politici: als het niet strafbaar is dan mag het, utilitarisme boven deontologie.
      Maar ik vraag me af of we ons nog wel moeten richten op de vele mogelijke oorzaken voor gevolgen die nu spelen.
      Ik denk dat gevolgen als #metoo en anti zwarte piet activisme dringend aan een open bespreking toe zijn.

      1. @jhvdberg. De jure staat tegenover de facto. We hebben formeel nooit met elkaar afgesproken dat seksueel wangedrag acceptabel is. Integendeel we hebben allerlei zedenwetten en discriminatie is formeel verboden in gelijke gevallen. De ongelijke gevallen komen echter vaker voor.
        Ik zou denken dat we een vrijere seksuele moraal hebben dan decennia geleden. Maar die vrijheid lijkt niet voor iedereen positief uit te pakken. #metoo herbergt heel veel aanklachten die onderling niet altijd van dezelfde grootheid zijn.
        En verder vermoed ik dat we allemaal wel ergens schuldig aan zijn. Is het niet slavernij van onze voorouders dan is het wel een ander privilege. Ik ben het eens met Femke Halsema in het tv programma Buitenhof jl. waarin zij de indeling in schuld en onschuld verwerpt als mogelijke oplossing. We zijn weliswaar ontkerkelijkt, maar Calvinistisch zondigheidsdenken woekert welig in de seculiere omgang met elkaar.

Comments are closed.